Op zaterdag 22 november speelde Woerden 3 tegen Moira-Domtoren 5. Weer moesten we een beroep doen op invallers: Willem Vink speelde opnieuw voor Ad Goes en Frans Janssen kon op het laatste moment invallen voor Tim Groot Bruinderink die geveld was door ziekte.
Willem was als eerste klaar. Tot de zestiende zet ging het spel gelijk op maar toen vergat zijn tegenstander een randpion te dekken. Vervolgens probeerde hij een kwaliteitsoffer te voorkomen, waarmee hij een matcombinatie weggaf.
Marjolein ging vlot van start en kon al snel een stuk winnen. Alleen meende ze nog een heel fijn subtiel zetje te moeten spelen waarna haar stelling nóg mooier zou zijn. Helaas, het was een blunder: ze won géén stuk en ze wikkelde noodgedwongen, met een kwaliteit minder, direct af naar remise.
De tegenstander van Frans dacht héél lang na, zelfs toen hij al heel wat materiaal voorstond. Maar hij hield het hoofd koel en liet zich niet verleiden om materiaal terug te geven. Frans kon niet anders dan opgeven.
Bij Jean met wit kwam een Engelse opening op het bord en hij had de hele partij een klein plusje. Na 31 zetten konden beiden niet zonder grote risico’s op winst spelen, wat dan ook niet gebeurde en de vrede werd getekend.
Leen had gezien dat zijn tegenstander van iemand met een rating van 2075 had gewonnen. ‘Blijkbaar nog jeugdig’ was zijn gedachte, opletten dus. In werkelijkheid werd hij geconfronteerd met een heer, net als hij, ‘op leeftijd’. Qua spel ging de opening voortvarend. Na eerst een pionoffer – onterecht – te hebben afgeslagen, won hij alsnog een pion met veel positievoordeel. Een kleine combinatie zorgde rond de 20e zet voor stukwinst, waarna zijn tegenstander zich toch nog jeugdig ging gedragen. In een kansloze positie speelde hij door tot mat op de 49e zet.
Annie kon in een bekende opening een lastige penning oplossen, waarna ze iets beter stond. Als compensatie voor haar geblokkeerde pion in het centrum waren de pionnen op de damevleugel van haar tegenstander zo zwak dat er minimaal een verloren zou moeten gaan. Helaas mistte ze de beste voortzetting en speelde ze net niet actief genoeg. Hierdoor kon de vijandelijke koning zijn achterstandspositie dusdanig inlopen, dat verder op winst spelen te riskant zou worden. Het werd dus remise.
Jory durfde het met wit voor het eerst aan om in een externe partij zijn nieuwe openingsrepertoire met wit te spelen. Als snel was hij op vertrouwd terrein: zijn tegenstander speelde namelijk wat hij zelf altijd speelt met zwart. Logischerwijs koos hij het variantje dat hij altijd het meest vervelend vindt om tegen zich te krijgen. Dit pakte goed uit. Hij kreeg een erg groot ruimtevoordeel en op een gegeven moment stonden bijna alle stukken van zijn tegenstander vast. Hij won een kwaliteit maar Jory zou Jory niet zijn als hij niet enorm veel tijd had verbruikt. Hij zat al sinds zet 25 in tijdnood, dus toen hij zijn 40e zet had gespeeld, kon hij opgelucht ademhalen. Maar tot ieders verbazing blééf zijn tegenstander maar na denken over zij́n 40 zet. En toen viel de vlag.
Jory had graag de partij verder willen spelen om te zien hoe het uitpakte, maar klagen doet hij natuurlijk niet met dit zeer welkome cadeautje.
Zo stonden we met 4,5-2,5 voor, de buit was binnen en het team maakte zich op om naar Marjolein gaan die goulash en tiramisu had gemaakt. Alleen Sjaak was nog bezig.
Hij had de opening net iets te passief gespeeld. Dat resulteerde in allerlei complicaties, waardoor het ontwikkelen van zijn stukken op de damevleugel erg lang duurde en hij wat gedrongen kwam te staan. Ver in het middenspel – toen hij eindelijk zijn damevleugel had ontwikkeld – wist hij, mede door een stevige fout van zijn tegenstander, toch een stuk te winnen tegen een pion. Uiteindelijk werden zijn stukken tot enige passiviteit gedwongen door de witte gecentraliseerde koning. Hij overschatte echter de tegenkansen van zijn tegenstander, en berustte (ten onrechte bleek in latere analyse) in remise.




























